💬 Het onzichtbare tweegesprek dat onze wereld vormgeeft

-

👋 Welkom tijdreiziger!

Je leest een editie van de Chrononauten. Een wekelijkse nieuwsbrief en community voor langetermijndenkers. Hier kun je onze vorige edities lezen en hieronder kun je je gratis inschrijven voor de nieuwsbrief.

Beste allemaal,

Hoe we onze wereld vormgeven en hoe we de problemen van onze tijd proberen op te lossen, wordt bepaald door een belangrijk maar vaak onzichtbaar gesprek. Een eeuwenoud gesprek, alsook een nogal ongemakkelijk gesprek, vol wederzijds onbegrip en wantrouwen. Maar het is een gesprek dat onze samenleving al eeuwen voortduwt in de vaart der volken. Maar het is ook, gek genoeg, een nogal onbekend gesprek en de meeste mensen weten niet eens dat ze ’m voeren, terwijl ze dat wel doen. Het gesprek waar we het over hebben is dat tussen alfabreinen en bètabreinen.

Dit gesprek, en onze duiding ervan, hebben we hieronder beschreven, gevisualiseerd en van voorbeelden voorzien.

Het Grote Gesprek

In 01959 hield Baron Charles Percy Snow, een romancier en chemicus, een beroemde lezing op de Universiteit van Cambridge [PDF]. In deze lezing stelde hij dat het intellectuele leven in de Westerse samenleving was opgesplitst in twee afzonderlijke tradities, the two cultures, en dat deze culturele opsplitsing een grote handicap was bij het oplossen van de vele problemen in de wereld. Deze twee verschillende tradities waren volgens C.P. Snow de wetenschappelijke technologische traditie en de literaire intellectuele traditie. Twee tradities die hij overigens in zichzelf verenigde. Hij had zowel een alfabrein als een bètabrein. Hij schreef er datzelfde jaar ook een boek, over getiteld The Two Cultures and the Scientific Revolution.

Nu kennen wij genoeg wetenschappers die Shakespeare kunnen citeren of theatermakers die geïnteresseerd zijn in lichtjaren, om in te zien dat deze tweedeling niet zo eenduidig is als C.P. Snow stelt. Het is misschien ook geen kloof, zoals C.P. Snow het voordoet, maar eerder een soort ongemakkelijk gesprek. Een tweegesprek tussen twee filosofische uitersten die van elkaar vervreemd zijn, maar die wel samen de samenleving vormgeven. Want het bètabrein en het alfabrein zijn niet per se aangeboren kwaliteiten. Ze worden gecultiveerd in scholen en de loopbanen die daarop volgen, en ze representeren de twee dominante filosofische stromingen waarop de Westerse moderniteit is gebouwd: het Materialisme en het Humanisme.

Het Materialisme, waar we vorige week ook al over hebben geschreven, gaat ervan uit dat de werkelijkheid, waaronder emoties en alle andere processen van het brein, herleidbaar zijn tot natuurkundige wetten. Het Humanisme benadrukt de waarde van mensen en gaat uit van menselijke vrijheid, gelijkwaardigheid en zelfontwikkeling. Het Materialisme en het Humanisme zijn erg met elkaar verweven, en eigenlijk kunnen ze niet zonder elkaar. Het zijn twee kanten van dezelfde munt. De een vertaalt zich naar technologische vooruitgang en de ander vertaalt zich naar democratische vooruitgang.

De Westerse moderniteit wordt, zoals we hier al eerder schreven, gekenmerkt door een wisselwerking tussen technologische disruptie en sociaaleconomische emancipatie. Of, iets anders verwoord: een wisselwerking tussen de zoektocht naar veiligheid (van ziekte, schaarste en oorlog) en de zoektocht naar vrijheid en gelijkheid. De Moderniteit is dus niet alleen een verhaal van boekdrukkunst, stoommachines, riolering, antibiotica, verbrandingsmotoren, lijnvluchten, vaccins en computers. Het is ook een verhaal van stemrecht, afschaffing van de slavernij, recht op onderwijs, woningwetten, homohuwelijk en Black Lives Matter. Deze twee parallelle ontwikkelingen horen bij elkaar en zijn moeilijk van elkaar te scheiden. 

Toch is het gesprek tussen diegenen die zijn geschoold in de ‘wetmatigheden’ van de materiële wereld en diegenen die zijn geschoold in de ‘gevoelsmatigheden’ van de menselijke conditie moeilijk en ingewikkeld. De eerste groep kan moeilijk waarde zien in kunst, theater, literatuur en de andere overdrachtelijke disciplines en de tweede groep is bijna van nature wantrouwig naar nieuwe technologie en de macht die daaruit voortkomt. Ze spreken een andere taal, hebben een ander canon en een ander mens- en wereldbeeld. Het alfabrein richt zich op de binnenwereld en onderzoekt de ‘waarom-vraag’ en het betabrein richt zich op de buitenwereld en onderzoekt de ‘hoe-vraag’. Beide vragen zijn belangrijk en zouden in ieder groot vraagstuk relevantie moeten hebben.

De wereld van het alfabrein en het betabrein wordt al vroeg van elkaar gescheiden. Het alfabrein gaat bij voorkeur studeren in een bruisende rommelige metropool en het betabrein wordt, in ieder geval in Nederland, geïsoleerd in kleine steden waar op een of andere manier een grote technische universiteit is geland. Beide leven in geografische bubbels en digitale echokamers waar vooral hun eigen wereldbeeld wordt versterkt. De een leest columns van erudiete schrijvers in kranten, de ander verliest zich in de bloggosphere van Silicon Valley. Een beetje gechargeerd, maar ongetwijfeld herkenbaar voor velen. Dit levert twee duidingen op van de wereld. Een interessant voorbeeld is Elon Musk. Voor de een is hij een halfgod die eigenhandig de grootste industrie ter wereld (de auto-industrie) verduurzaamt en voor de ander een ruimte-koloniserende reïncarnatie van Columbus die met zijn aardse bacillen het nog onontdekte leven op Mars zal uitmoorden. (Beide interpretaties hebben hun merites.)

Dit moeilijke gesprek tussen de two cultures is problematisch, want in de boardrooms en laboratoria van Big Tech kunnen ze wel wat ethische kaders gebruiken, zoals ze in de kunsten wel wat meer waardering kunnen hebben voor de vele technologische hoogstandjes die ervoor zorgen dat ze überhaupt hun werk kunnen doen, en niet meer het land hoeven te bewerken voor hun levensonderhoud. De twee grote uitdagingen waar we voor staan als samenleving – de klimaatcrisis en de digitale revolutie – vereisen zowel emancipatoire als disruptieve oplossingen en omdenkingen. We hebben al onze menselijke kennis nodig om deze uitdagingen het hoofd te bieden.

Het is, wat ons betreft, dus tijd om ons alfabrein en ons bètabrein weer samen te smelten tot een menselijk brein. Zodat we een creatief en opbouwend gesprek kunnen voeren met onszelf, in plaats van een hatelijk en afbrekend gesprek. Zodat we zowel het Materialisme als het Humanisme kunnen overstijgen, want beide filosofieën hebben wellicht een verstreken houdbaarheidsdatum. Zoals we vorige week al schreven, is het Materialisme aan enige revisie toe nu wetenschappers schoorvoetend erkennen dat er iets is wat ze niet kunnen meten of berekenen: het bewustzijn. En is het antropocentrische denken van het Humanisme waarschijnlijk niet het juiste denkkader waarin we een nieuwe balans kunnen vinden tussen onszelf en de aardse biosfeer.

Het Grote Gesprek Geïllustreerd

Disruptie en Emancipatie als Lens

De wisselwerking tussen technologische disruptie en democratische emancipatie is als lens verweven met ons historisch-futuristische denkraam. Het komt ook vaak terug in de toekomstscenario’s die we ontwikkelen. Zie bijvoorbeeld het scenario dat we kort beschreven in  BIP #6, dat laat zien hoe digitale disruptie kan overgaan in digitale emancipatie. (Wanneer platformen niet meer tegen ons werken maar voor ons, ons niet meer onderdrukken, maar verheffen.) De lens ‘disruptie en emancipatie’ zorgt ervoor dat we de waan van de dag kunnen overstijgen en niet te snel conclusies trekken. Zoals we toen ook al schreven: ‘In tijden van grote maatschappelijke verschuivingen beoordelen we vaak het moment, niet het momentum.’ Na disruptie volgt vaak emancipatie, en andersom. In de Chrononauten willen we ook deze lens gebruiken. Enerzijds om hedendaagse trends te ordenen. Anderzijds om de materialistische en humanistische kennisculturen bij elkaar brengen.

Een goed voorbeeld is de klimaat- en biodiversiteitscrisis waarin we verkeren. Terwijl de wereldbevolking uitdijt en rijker wordt, moeten we zien te voorkomen dat de mens en haar systemen de planeet kaalvreten. Om deze opgave het hoofd te bieden kunnen we putten uit twee rijke gereedschapskisten: die van technologische innovatie en die van emancipatoire actie. We hebben zowel technologische en technocratische denkers, doeners en planners nodig, als activisme, rechtszaken, kunstenaars, democratische wetgeving en burgerinitiatieven. Start-ups en bottom-ups. Beide kennisculturen zijn hard nodig om de immense infrastructuur waarop onze wereld draait te verduurzamen en om nieuwe waarden, normen en instituties te ontwikkelen waarin de biosfeer structureel is vertegenwoordigd.

Hieronder alvast twee toffe en interessante initiatieven die de klimaat- en biodiversiteitscrisis proberen te benaderen vanuit ieder hun eigen, respectievelijk emancipatoire als disruptieve invalshoek.

🐚 De Emancipatie van de Noordzee

Christiaan nam afgelopen woensdag deel aan een gesprek bij Waag over welke ‘activistische’ rol kunstenaars en ontwerpers kunnen spelen bij het tot stand brengen van een duurzame en inclusieve samenleving. Een van de andere sprekers was Thijs Middeldorp, van de Ambassade van de Noordzee, een langetermijnproject om democratische en politieke representatie voor de Noordzee te realiseren. Uitgangspunt van het project is dat de Noordzee en haar rijke ecosystemen helemaal van zichzelf zijn en dus het recht op zelfbeschikking hebben.

Het project is geïnspireerd door Bruno Latour’s essay We Have Never Been Modern [PDF], uit 01991, waarin Bruno Latour schrijft dat de moderne scheiding tussen natuur en cultuur, of tussen object en subject, eigenlijk een bedenksel is. In deze scheiding kunnen we ook weer het Materialisme en het Humanisme herkennen. Volgens Latour creëerde het Humanisme ook niet alleen ‘de mens’ als categorie maar ook het ‘niet-menselijke’, dat bestond uit dingen, objecten, planten en beesten. Volgens hem is deze scheiding vals, vervreemdend en contraproductief. Door het menselijke van het niet-menselijke te scheiden creëren we een verschil in waardigheid, wat weer leidt tot allerlei misverstanden. We moeten deze scheiding dus opheffen, volgens Latour, wat we kunnen doen door een Parliament of Things te installeren, waar alle dingen (inclusief mensen) evenveel waard zijn en evenveel te zeggen hebben over ons gezamenlijke en verweven lot.

Hierdoor geïnspireerd zoekt de Ambassade van de Noordzee samen met wetenschappers, kunstenaars en verhalenvertellers naar manieren om de Noordzee en haar bewoners een stem te geven. Dit proces heeft volgens Middeldorp verschillende fases. Ze zitten nu in de luisterfase, waar ze proberen te achterhalen wat de Noordzee te vertellen heeft. Zo is bijvoorbeeld schrijver en ontdekkingsreiziger Arita Baaijens op zoek naar een taal voor de toekomst, waarmee we de Noordzee kunnen gaan verstaan. En probeerde landschapsarchitect Thijs de Zeeuw zich in te leven in de paling door zijn onderwaterwereld (en de menselijke obstakels daarin) in kaart te brengen. Het project onderzoekt een mogelijke samenleving waar de natuur (of onze relatie met de natuur) emancipeert en een gelijkwaardig onderdeel wordt van ons politieke, commerciële en betekenisgevende besluitvormingsproces.

De tijdelijke huisvesting en vlag van de Ambassade van de Noordzee in Den Haag.

🌵 Ecologische Disruptie van Digitale Economie

Een ander idee dat, met een meer technische insteek, ongeveer hetzelfde probeert te bereiken werd onlangs geponeerd door J.M. Ledgard, een avonturier, romancier en een expert in geavanceerde technologie. In het artikel Humans Need to Create Interspecies Money to Save the Planet pleit hij ervoor om dieren, bomen en andere levende niet-mensen digitaal geld te geven die ze kunnen uitgeven om zichzelf te beschermen. Volgens hem is het grootste falen van het digitale tijdperk dat het zo ver verwijderd is van de natuur. Cyberspace heeft geen vorm of lichaam, de microchip geen circadiaans ritme, en de computer geen adem. In het artikel pleit Ledgard ervoor om de digitaliteit opnieuw op te bouwen op zo’n manier dat deze is geworteld in de natuur.

“Nature is excessive, baroque. Its song is not ours alone. We share this planet with 8 million nonhuman species, yet we scarcely think of how they move through the world. There is no way for wild animals, trees, or other species to make themselves known to us online or to express their preferences to us. The only value most of them have is the sum value of their processed body parts. Those that are not eaten are forgotten, or perhaps never remembered: Only 2 million of them are recorded by science.

This decade will be the most destructive for nonhuman life in recorded history. It could also be the most regenerative. Nonhuman life-forms may soon gain some agency in the world. I propose the invention of an Interspecies Money.”

Linnaeus is een eerste prototype van een interspecies money transfer platform. Je kunt het voorstel en de whitepaper vinden op linnaeus.life

Met zijn provocatieve voorstel probeert Ledgard het probleem te tackelen dat een boom pas wat waard is als we ’m vellen. Ook als je grote delen van de aarde zou conserveren zou je deze alsnog continu moeten beschermen tegen lokale stropers en houthakkers. Omdat grote delen van de cruciale ecosystemen in arme landen bevinden hebben die mensen geen andere uitweg om geld te verdienen met het oogsten van hun natuurlijke omgeving. Dit probleem kan je volgens hem oplossen door een digitaal betaalmiddel te creëren waarbij honderden miljarden dollars aan waarde wordt ‘beheerd’ door die ecosystemen.

Deze ecosystemen kunnen dit geld dan investeren in hun eigen overleven. Zo zouden ze kunnen investeren in erkenning, veiligheid, water, grond, ruimte en andere zaken. Maar ook zouden ze de lokale (inheemse) bevolking kunnen betalen voor bescherming, beheer en onderzoek. Op deze manier bescherm je niet alleen de natuur maar creëer je tegelijkertijd een enorme transfer van rijkdom van de global north naar de global south. Dit klinkt waanzinnig maar volgens Letgard is de technologie aanwezig om Interspecies Money werkelijkheid te maken. Je hebt alleen een nieuwe supranationale bank nodig, de Bank for Other Species, en natuurlijke allerlei snode crypto- en blockchaintechnologie met een dikke laag kunstmatige intelligentie.

Er zitten natuurlijk een heleboel moeilijke politieke aspecten aan deze oplossing maar een van de interessante politieke dingen is dat het de global north niet eens zo heel veel zou gaan kosten, op wat vederlichte inflatie na misschien. Want er wordt waarde gecreëerd met als enige onderpand dat we deze nieuwe interspecies currency gaan accepteren aan de toonbank van de Albert Heijn. Met andere woorden: vertrouwen.

We horen graag jullie gedachtes! 

Fijn weekend en tot volgende week. 

Groetjes Edwin en Christiaan

10 REACTIES

10 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
bibi
3 jaren geleden

Hi Edwin en Christiaan,

ik heb mij pas net aangemeld op de nieuwsbrief nadat ik Christiaan zag bij de Waag en weet nog niet veel van wat jullie doen. Ik heb net jullie mail gelezen. Super interessante denkwijzen! Ik ben zelf kunstenaar en heb een achtergrond in de Neuroscience, dus ik ken de alfa en beta wereld m.b.t. menselijk gedrag maar al te goed. Het lijkt bij mij soms ook of het alleen het 1 of het ander kan zijn, terwijl ik niet geloof in dualiteit of dichotomies (als ik het zo goed schrijf :)) Hoewel ik zelf met andere thema’s bezig ben (masculiniteit, gender rollen, intimiteit en machtsverhoudingen) vind ik jullie ideeën over de natuur heel interessant. Ik vind dat de natuur veel meer een stem mag krijgen. Onbewust ben ik in mijn werk daar toch eigenlijk ook mee bezig. Ik fotografeer en mensen veelal in de natuur, misschien wel ook om ze te laten voelen hoe fijn het is om dichtbij de natuur (en jouw eigen natuur) te zijn. Enfin, ik vind het zeer boeiend en ik ben erg benieuwd wat jullie nog verder doen dan mailings 🙂 en of jullie je vooral met de natuur bemoeien of ook andere onderwerpen. Hoop van jullie te horen!

christiaan
3 jaren geleden
Antwoord aan  bibi

Hallo Bibi, wat een goede combinatie; de neurowetenschappen en de kunsten! Ben benieuwd naar je werk. En wat je van de vorige nieuwsbrief vindt, van vorige week, over bewustzijn. Je kan het vinden in het archief, knop hier rechtsboven.

Naast deze nieuwsbrief werken we nu aan een geïllustreerd boek, over een toekomst waarin Amsterdam een duurzame en inclusieve stad is geworden, getiteld ‘Alles Komt Goed, Indrukken uit de Gewortelde Tijd’. We verkennen in het boek hoe een zo’n samenleving er uit kan zien en hoe we daar kunnen komen. We doen dit samen met graphic novelist Jan Cleijne.

De basis van onze praktijk is eigenlijk dat we onderzoek doen naar longterm trends, waaromheen we historisch-futuristische denkkaders ontwikkelen om deze te duiden, waarna we deze trends doortrekken naar geloofwaardige toekomstscenarios. Zodoende helpen we organisaties langetermijndenken. Zie bv hier een online scenario-workshop die we hebben gemaakt voor de PO-Raad: http://www.bloomworkshop.nl

Qua natuur werken voor wat provinciale natuurorganisaties, als je meer wil weten hierover stuur ons dan even een mailtje. En, ik zou zeggen, neem contact op met de Ambassade van de Noordzee – die doen echt te gek werk om een post-humanistische toekomst te verwezenlijken.

christiaan
3 jaren geleden

Hallo Bibi, wat een goede combinatie; de neurowetenschappen en de kunsten! Ben benieuwd naar je werk. En wat je van de vorige nieuwsbrief vindt, van vorige week, over bewustzijn. Je kan het vinden in het archief, knop hier rechtsboven.

Naast deze nieuwsbrief werken we nu aan een geïllustreerd boek, over een toekomst waarin Amsterdam een duurzame en inclusieve stad is geworden, getiteld ‘Alles Komt Goed, Indrukken uit de Gewortelde Tijd’. We verkennen in het boek hoe een zo’n samenleving er uit kan zien en hoe we daar kunnen komen. We doen dit samen met graphic novelist Jan Cleijne.

De basis van onze praktijk is eigenlijk dat we onderzoek doen naar longterm trends, waaromheen we historisch-futuristische denkkaders ontwikkelen om deze te duiden, waarna we deze trends doortrekken naar geloofwaardige toekomstscenarios. Zodoende helpen we organisaties langetermijndenken. Zie bv hier een online scenario-workshop die we hebben gemaakt voor de PO-Raad: http://www.bloomworkshop.nl

Qua natuur werken voor wat provinciale natuurorganisaties, als je meer wil weten hierover stuur ons dan even een mailtje. En, ik zou zeggen, neem contact op met de Ambassade van de Noordzee – die doen echt te gek werk om een post-humanistische toekomst te verwezenlijken.

Fons Snelder
Fons Snelder
3 jaren geleden

Mooie teksten maar ik wil nog 1 stap terug gaan om wat meer bewust naar ons zelf te kijken en deze vragen stellen; wat betekent het om mens te zijn, wat is een mens, wat is bewustzijn? Als we daar antwoord op geven dan verschijnen de vervolgstappen om onze problemen op te lossen vanzelf. Antwoord op deze vragen kun je vinden in de boeken van Michael Newton, De Zielenreis en De Zielsbestemming. Daarin wordt uitgelegd hoe het leven, de dood en alles daartussen in elkaar steekt. Dat je hier bent om jezelf te ontwikkelen maar niet op een materieel vlak. En dat je telkens terug komt omdat je nog niet genoeg geleerd hebt. Daarin zie je ook dat bescherming van de aarde niet alleen iets is voor het nageslacht maar ook voor je eigen zielsontwikkeling. Zeer langetermijndenken dus.

christiaan
3 jaren geleden
Antwoord aan  Fons Snelder

Dag Fons, reageer je op de nieuwsbrief van vorige week, over bewustzijn, zo niet dan denk ik dat je die wel interessant vindt. Je kan ‘m hier vinden: https://dechrononauten.nl/0003/

Mooie interpretatie, die van Newton. Ik denk dat het veel mensen goed zou doen om zich te verhouden tot dit soort spirituele vragen, of interpretaties, zodat je je eigen koers hierin kan uitstippelen.

Fred Gardner
3 jaren geleden

Dag Beste Chrononauten. In jullie prachtige verhaal praat je over twee werelden, maar leg je met name op één van die twee werelden de nadruk. Het is voor mij, als een goede engineer lastig soms mooie oplossingen te zien die de oude fossiele energie wereld prima kunnen vervangen. Gevoel te hebben voor veranderingsprocessen en culturen. Begrip te hebben dat mensen veranderingen moeilijk en bedreigend vinden, en tegelijk met een technologische oplossing te komen. Onze technologische wereld is abstract en vaak onbedoeld ingewikkeld gemaakt. Het voelt een beetje dat je, als oplossende technicus die denkt dat ook de economie gewoon op basis van duurzame technologie kan blijven draaien, en de natuur gerespecteerd wordt, door een klein groepje, bij voorbaat in het verdachten hoekje staat. Hoe kunnen we de brug slaan, meer integraal denken en organiseren, in plaats van bij voorbaat de ander in het verdachten hoekje te plaatsen? Graag voorbeelden hiervan.

Edwin Gardner
Beheerder
3 jaren geleden
Antwoord aan  Fred Gardner

Ja, je hebt een goed punt, en er is geen simpel antwoord. Ik denk het beangstigende van technologie voor een groot deel voortkomt uit de onbekendheid ermee. In Nederland, en in vele andere ‘ontwikkelde’ economieën, bestaat weinig maakindustrie meer. De apparaten in onze huizen, onze gadgets en onze auto’s zijn niet alleen steeds complexer, ze worden ook ver bij ons vandaan gemaakt in bijvoorbeeld China. Het zelfde geldt ook voor veel ‘simpelere’ producten zoals kleding, eten en meubels.

Ik heb eens een verhaal gehoord over dat als ambachten en manueel vakmanschap (maar ook technologisch vakmanschap) verdwijnt in een cultuur, dat de bevolking ook ongeletterder raakt in het beoordelen van kwaliteit in producten. Dan wordt er niet meer gevoeld aan een stof, of kan men niet inschatten of het stik- of laswerk goed of slecht is.

In Nederland zijn de meeste mensen kenniswerker in de diensten economie en hun belangrijkste werkgereedschap is de computer, en zijn velen vervreemd geraakt van hoe onze wereld eigenlijk is gebouwd en wat daar bij komt kijken.

Maar in een land als Japan, met nog een rijke maak- en ambachtscultuuur, is deze geletterdheid er nog wel. En misschien ook wel wat meer in Duitsland en Zwitsterland?

De kern is denk ik: Onbekend maakt onbemind. Dus maak zij die technologie eng vinden er bekend mee. Laat ze het zelf aanraken, voelen, zien er ruiken. Op excursie naar werkplaatsen en fabrieken. Maak er een zinnelijke kennismaking van. Het is wat extra werk, maar ik denk wel dat het hierin ergens zit.

Dit doet me overigens ook denken aan dit stuk in ons boek Tokyo Totem: http://cargocollective.com/fritziponse/Hera-Shibori

Wat gaat over een metaaldraaiwerk fabriekje in Tokyo dat zowel potten en pannen maakt als raketonderdelen voor NASA. High-tech en low-tech, ambacht, technologie en cultuur met elkaar vervlochten. Al roept dit natuurlijk ook meteen de vraag op, hoe zit het met de Two Cultures is niet-westerse culturen? Iets voor een volgende keer…

Ilga Minjon
Ilga Minjon
3 jaren geleden

Lieve Edwin en Christiaan,
met veel belangstelling volg ik jullie werk (nog altijd). En in een aantal gevallen hebben jullie (hier genoemde) projecten mijn pad gekruist zoals bij mijn werk als curator voor Stroom. Jullie geven aan te richten op ‘historische onderstromen, maatschappelijke en technologische trends, nieuwe denkkaders en toekomstscenario’s’. Nu zijn dat zaken waarop ik enthousiast op “meer lezen” klik. Maar wat me van het hart moet is een teleurstelling. Ik kan enkel met een vergrootglas sporen van inclusief denken vinden. Vrijwel al jullie referenties, van historische voorbeelden tot TED talks, zijn witte cis mannen. Wanneer jullie spreken over klimaatcatastrofes wordt genoemd dat het misschien mis zou kunnen gaan, terwijl honderdduizenden mensen al door de gevolgen van klimaatverandering huis en haard hebben moeten verlaten, en de vervuilingen van industrieen en uitholling van zorg en werk ook ‘dichter bij huis’ voor groeiende ongelijkheid zorgt. Met deze benaderng van het Lange Nu, houden jullie die ongelijkheid in mijn ogen in stand – iets waarvan ik vermoed dat het niet jullie bedoeling is. Hoe kan een ‘gereedschapskist en als een aggregator van ideeën, analyses, denkramen en verbeeldingen.’ zelfs mij als ge-oefende lezer al het gevoel geven dat ik geen onderdeel ben van jullie concept van ‘wij’? Wie valt daar voor jullie eigenlijk binnen, en voor wie zijn de oplossingen? Waar zijn het intersectioneel denken, het antiracisme, het actieve blokkeren van uitsluiting binnen de noemer ‘hulpmiddel voor strategiebepaling en visievorming’. Hoe past jullie werk in een langere lijn met zo’n beperkt/nauw referentiekader? Anders gezegd, waarom voelt het zo weinig poreus, en zo veel als een voortzetting van witte, mannelijke wetenschap? Ik ben benieuwd naar jullie droombeeld van de tafels waaraan jullie deze stukken uitpakken, die in de toekomst, juist, die we doorgeven op een manier waarin we (volgens mij zijn we het daar juist over eens) mooier en meerstemmiger achterlaten dan wij de wereld aantroffen. Warme groet, Ilga

christiaan
3 jaren geleden
Antwoord aan  Ilga Minjon

Hey Ilga, wat leuk van je te horen, ondanks de teleurstelling die je benoemt. Ik snap je gevoel wel denk ik en ik denk ook dat ik het deels met je eens ben; dat ons referentiekader veel te veel witte mannen bevat. Hier kunnen we, moeten we en proberen we ook wat aan doen. Wat niet 1-2-3 is gepiept, helaas. Ik denk dat voor iedereen geld, ook voor niet-witte-mannen, dat de blik naar binnen het meest troebel is. En het meest bezaaid is met allerlei emotionele en culturele boobytraps.

Deels komt je gevoel wellicht ook voort uit een spraakverwarring waar wij wel vaker tegenaanlopen – en waarover we dus beter moeten communiceren – namelijk de aanname dat onze historische denkkaders normatief geïnspireerd zijn. Dat zijn ze namelijk niet, in ieder geval niet bewust. We proberen het in ieder geval zoveel mogelijk te vermijden. Wat dat betref proberen we inderdaad wetenschappelijk te zijn – voor zover sociale wetenschap wetenschappelijk is uiteraard. En dat we hierin zijn gelimiteerd door onze persoonlijke emotionele en culturele beperkingen zullen we ook meteen erkennen. Mocht je specifieke voorbeelden van zien – trek meteen aan de bel. Zoals je opmerking over de klimaatcrisis, dat die voor velen al totaal destructief uitpakt, is totaal terecht.

Wat betreft de wisselwerking tussen emancipatie en disruptie is dat bijvoorbeeld dus niet iets wat we willen zien als we terugkijken, nog is het per se de wisselwerking die we graag zouden willen zien als we vooruitkijken. Het is, lomp gezegd, gewoon dat wat we zien als we terugkijken en proberen te begrijpen waarom onze wereld is waarom ze is. Onze historisch-futuristische denkkaders zijn interpretaties van de Westerse moderniteit, een tijdvlak die werd gedomineerd door witte mannen. Dit maakt deze denkkaders Eurocentrisch, wat we al een paar keer hebben aangegeven, maar niet per se incorrect. (Wat ze natuurlijk ook kunnen zijn, maar daar gaat volgens mij jouw opmerking niet over.)

De Moderniteit heeft als dominante cultuur nu eenmaal een uitvergrote invloed gehad op de koers van de wereldbevolking. Traditionele culturen, in al hun briljante diversiteit, zijn aan het verdwijnen. Deze ontwikkeling heeft bij velen tot onnoemelijk leed gezorgd. Alsook uiteraard goede dingen. We vinden hier eerlijk gezegd niet zoveel van. Niet omdat we het leed en de tragiek niet erkennen, dat doen we, maar omdat we menselijke aangelegenheden vooral erg complex vinden en gelaagd – en vooral heel menselijk in zijn onvolkomenheid. We vinden er niet zoveel van, maar we voelen er wel veel van. We voelen vooral hartzeer, bij dat wat we, als mensen, onszelf en de planeet continu blijven aandoen. Dat we deze gevoelde tragiek niet benoemen is inderdaad misschien niet goed, want we willen niet dat mensen denken dat het ons allemaal geen jota kan schelen.

Dat gezegd, zijn er natuurlijk ook ontelbare waardevolle geschiedenissen die we niet zien als we terugkijken. Omdat we ze over het hoofd zien, en dan is dat onze fout, of omdat ze een kleinere rol spelen in de hedendaagse dominante cultuur. Denkkaders zijn natuurlijk altijd grote lijnen en dus nogal lomp in opzet. Misschien te lomp, maar dat is wellicht een kwestie van smaak. Grote lijnen vertroebelen de details en visa versa. Sommigen voelen zich meer thuis bij de details en andere bij de grote lijnen. Wij zijn meer van de grote lijnen. Dat gezegd proberen wij wel zoveel mogelijk anekdotes te geven die een grote lijn illustreren. Dat deze anekdotes te wit en te man zijn is denk ik een terecht punt. Zelfs in een wereld gedomineerd door witte mannen zijn er altijd anekdotes te vinden die een meer divers beeld kunnen geven. We gaan hier extra hard op letten.

Maar als je ons vraagt aan wat voor toekomst we bouwen, al dan niet op een handige of effectieve manier, dan bouwen we absoluut aan een toekomst waar iedereen en alles gelijkwaardig is. Een plek waar al het leven zichzelf kan zijn en daarin wordt gewaardeerd door anderen. Alsook door de structuren in de samenleving. Dat we toekomst nog niet hebben uitgewerkt in een nieuwsbrief is overigens ook omdat we nog erg aan het zoeken zijn hoe we toekomstverbeeldingen kunnen laten werken in een nieuwsbrief. Wat nog niet zo makkelijk is.

In ieder geval, om een lang verhaal af te sluiten, is het enorm balen dat jij in ons wij jouw wij niet herkend, terwijl jij – en de rest van de wereld – daar zeker onderdeel van bent, wat ons betreft. Dat is natuurlijk totaal onze schuld. We zijn ook nog enorm aan het zoeken naar de juiste toon en de juiste content voor de nieuwsbrieven en ook hier hebben we nog wel wat slagen te maken. We gaan er dus mee aan de slag en schroom niet om ons scherp te houden!

De nieuwsbrief is overigens bedoeld als gesprek, dat nu hier een beetje in de comments moet plaatsvinden, maar hopelijk snel een betere plek krijgt. We zien onze nieuwsbrieven dan ook als aanzetjes die door andere mensen verbeterd kunnen worden, zoals nu door jou gebeurt. Wij zullen altijd flawed zijn, net als iedereen, maar wellicht kunnen we gebruik maken van the wisdom of the crowds, om ons een betere pad naar voren te banen.

Fons Sarneel
Fons Sarneel
3 jaren geleden

Deze dualistische benadering, is misschien toch iets versimpeld. bv, The Atlas Network Organisation is een internationaal vertakt ,zeer kapitaalkrachtige verzameling van vrije markt principes “thinktanks” ofwel propaganda bazuinen.
Kapitaal, dat niet ten dienste staat van een verbetering van levens voorwaarden, maar een soort materialisme, waarbij geld heilig en het doel zelf geworden is.
Als 2e punt wil ik eraan toevoegen dat onze ouders minder informatie per dag opnamen dan wij, daarvoor in de plaats echter meer tijd hadden iedere vorm van informatie te verwerken en te beleven. Dit is een ingrijpende culturele verandering in onze manier van denken en communiceren. Zeker voor ‘Alpha’ hersenen hoe dan ook frustrerend en nadelig. Een gegeven dat zonder complottheorie past in de huidige chaotische catastrofale ontwikkeling richting antropoceen?

Onze dossiers