Kan zelfactualisatie het fundament onder een samenleving zijn?

-

Beste allemaal,

Deze week wat bespiegelingen en diagrammen naar aanleiding van een inheems-Amerikaanse twist op de Maslow-piramide. Maar alvorens daar in te duiken twee dienstmededelingen.

Zoals jullie vorige week allicht gemerkt hebben kwam de Atlas van het Lange Nu wat later dan anders, en soms vanaf een onbekende afzender. We hadden even ruzie met onze mailsoftware.

En, nogmaals wat aandacht voor onze vacature. Als je iemand weet, stuur het door! Of als het jou wat lijkt, laat het ons weten!

De Oorsprong van Zelfactualisatie

In het Westen is de piramide, of hiërarchie, van Maslow waarschijnlijk het dominantste model in het denken over de behoeftebevrediging van de mens. Maslows model wordt vaak getoond als piramide, hoewel Maslow het zelf nooit als piramide gepresenteerd schijnt te hebben, maar is geen universele waarheid.

Verschillende culturele en sociale condities kunnen tot hele andere ordeningen en schema’s leiden, en de menselijke psychologie is oneindig complex. Dat gezegd, Maslows piramide is een handig denkmodel waar we ook het gedrag van de culturele archetypes uit ons World Tree Model weleens aan spiegelen, omdat het ons iets vertelt over de ordening van behoeftes die ons gedrag en onze samenleving vormgeven.

Deze week lazen we een interessant artikel van onderzoeker Teju Ravilochan dat een ander licht wierp op Maslows hiërarchie. In ‘Could the Blackfoot Wisdom that Inspired Maslow Guide Us Now?’ vertelt Ravilochan hoe een jonge Maslow in 01938 de Siksikastam bezoekt en ontdekt dat hun ‘model’ van behoeftes radicaal anders in elkaar zit dan het model waar hij op aan het broeden is, en dat hem later wereldberoemd zal maken.

Abraham Maslow bij de Siksika, 01938. Foto: Jane and Lucien Hanks.

Hij observeert dat het bij de Siksika allemaal precies andersom lijkt te werken. Waar in Maslows model zelfactualisatie de bovenste trede op de ladder is, is dat bij de Siksika de eerste trede. Zelfactualisatie is in hun cultuur een voorwaarde voor alle andere behoeftes ‘daarboven’.

Voor we er wat verder in duiken, is het handig om te begrijpen wat Maslow precies met zelfactualisatie bedoelt. Hij legt het uit als het verlangen om meer en meer te worden wie je bent. Om alles te worden wat je kan worden.

Maslow verwoordt een diep Romantische notie die grote overlap vertoont met hoe wij het culturele archetype van de Homo Romanticus (HR) definiëren. De HR ontleent zijn thuisgevoel, zijn gevoel van behoren aan de mate waarin hij samenvalt met zichzelf, zijn gemeenschap en de natuur.

In Maslows definitie van zelfactualisatie gaat het vooral om het individu, de sociale dimensie hiervan laat hij buiten beeld. Later nuanceerde hij dit door te zeggen dat zelfactualisatie natuurlijk ook in relatie tot en met anderen gebeurt. Maar de individuele focus is in lijn met hoe we binnen de Westerse cultuur de ontplooiing van het individu maar moeizaam in relatie kunnen brengen tot het gemeenschapsdenken.

Het interessante van het aan de First Nations ontleende behoeftenmodel is dat het zelfactualisatie en gemeenschapszin wél nadrukkelijk met elkaar verbindt. Zelfactualisatie is in het First Nations model geen einddoel of ultieme behoefte. Het is het beginpunt: elk mens komt reeds zelfgeactualiseerd de wereld in.

Ravilochan spreekt in zijn artikel met Ryan Heavy Head, een lid van de Blackfoot Nation, die het hem uitlegt:

Ryan Heavy Head explained the difference through the analogy of earning a college degree. In Western culture, you earn a degree after paying tuition, attending classes, and proving sufficient mastery of your area of study. In Blackfoot culture, its like youre credentialed at the start. Youre treated with dignity for that reason, but you spend your life living up to that.” While Maslow saw self-actualization as something to earn, the Blackfoot see it as innate. Relating to people as inherently wise involves trusting them and granting them space to express who they are (as perhaps manifested by the permissiveness with which the Siksika raise their children) rather than making them the best they can be. For many First Nations, therefore, self-actualization is not achieved; it is drawn out of an inherently sacred being who is imbued with a spark of divinity. Education, prayer, rituals, ceremonies, individual experiences, and vision quests can help invite the expression of this sacred self into the world.

Het is interessant hoe dit idee tot op zekere hoogte gespiegeld is in de Romantische (met een grote R) ideeën over het kind. Het onschuldige vrije kind dat nog in verwondering leeft is echt zichzelf. Authentiek en puur. Onaangetast door de moderne beschaving en door de normen en waarden die onze maatschappij ons opleggen.

De Romantische kijk op het kind is ook terug te vinden in de onderwijsfilosofieën van Maria Montessori en Rudolf Steiner. De nieuwsgierigheid van het kind staat centraal en het doel van het onderwijs is vooral om het individu te laten worden wie hij, zij of hen al is. Beeld: Maria Montessori op bezoek op een van ‘haar’ scholen. Beeld: De eerste Montessori school in Nederland. Den Haag, 01915.

Maar hoe zou zelfactualisatie dan de gemeenschapszin kunnen voeden?

Als je in een familie, stam of gemeenschap werd geboren, zoals bij de Siksika, bleef je daar je hele leven aan verbonden. Het was een relatief overzichtelijke, niet al te complexe wereld die je op basis van het gesproken woord, en op basis van face-to-face-contact kon navigeren.

Kennis en vaardigheden konden worden verworven binnen de gemeenschap zonder dat hier complexe instituties of hiërarchieën aan te pas kwamen. Zo bezien lijkt deze wereld wel wat op die van de Homo Nobilis, waarin de belangrijkste uitdaging sociale veiligheid is, de dominante informatietechnologie het gesproken woord, en sociale status verkregen wordt op basis van wat je de gemeenschap kan bieden. In materiële zin, met je fysieke capaciteiten, kennis of vaardigheden.

Zelfactualisatie is in dit culturele model geen doel, maar eerder een vertrekpunt. En daarmee misschien meer iets dat de ondergrond en/of achtergrond vormt dat de rest van het bestaan draagt of faciliteert. Het is in zekere zin vanzelfsprekend, een norm die de omgangsvormen bepaalt en hoe men elkaar ziet.

Zelfactualisatie voor de Homo Economicus en Romanticus

Het dominante narratief van Maslows hiërarchie van behoeften is tot op zekere hoogte in lijn met hoe de Homo Economicus (HE) de wereld ziet. Om gelukkig te worden moeten eerst allerlei materiële en fysieke behoeftes vervuld worden, vervolgens de sociale behoeftes en als laatste de zelfontplooiingsbehoeftes.

Hiermee spiegelt de Maslow-piramide de maatschappelijke ladder van de Westerse samenleving, die vaak wordt gezien als individuele uitdaging, in plaats van iets gemeenschappelijks.

Echter, wanneer de Homo Economicus de laatste trede van zelfactualisatie bereikt, lijkt zijn wereldbeeld hem te vertellen dat dit gerealiseerd kan worden door geluk, plezier, comfort of genot te maximaliseren, door bijvoorbeeld meer spullen te kopen. Maar dit antwoord is in onze steeds Romantischer wordende samenleving steeds minder bevredigend.

Zelfactualisatie voor de Homo Economicus betekent alles hebben wat je hartje begeert en niks meer hoeven te doen. Dat zelfactualisatie juist iets zou kunnen zijn wat je motiveert en leidt tot maatschappelijke meerwaarde lijkt niet verenigbaar met het mens- en wereldbeeld van de Homo Economicus.

Voor de Homo Romanticus is zelfactualisatie de centrale uitdaging, los van of de andere basisbehoeftes bevredigd zijn. Het samenvallen met zichzelf, zijn gemeenschap en de natuur zijn de grote uitdagingen en als deze bevredigd kunnen worden levert dat emotionele veiligheid op.

Maar ook voor de Homo Romanticus is de zoektocht naar betekenis en zelfactualisatie vandaag vooral een individuele uitdaging. Het verlangen samen te vallen met gemeenschap en natuur zijn idealen die zeker leven, maar lastig te realiseren zijn in de moderne samenleving waarin de natuur ver weg en abstract is, en relaties vloeibaar en veranderlijk zijn. Tegelijkertijd willen de meesten van ons waarschijnlijk ook niet meer terug naar een wereld waarin ons hele leven zich binnen één stam op één plek afspeelde. De Homo Romanticus zal dus nieuwe manieren moeten vinden om invulling te geven aan zijn ideeën van zelfontplooiing.

Zelfactualisatie als schanierpunt?

Volgens het First Nation Perspective op menselijke behoeftes kom je zelfgeactualiseerd de wereld in, en wordt de gemeenschap gecreëerd vanuit zelfgeactualiseerde mensen, die met hun gemeenschappelijke besluitvorming en rituelen zorgen voor culturele duurzaamheid. Denk bijvoorbeeld aan het zevengeneratiedenken, waarbij de belangen van de vorige en volgende zeven generaties worden meegewogen in alle besluiten van de gemeenschap.

Wat als je deze twee behoeftenschema’s, als denkoefening, eens in elkaars verlengde legt? Wat zien we dan? Dan wordt zelfactualisatie de centrale as van het schema, en niet het eindpunt van onze behoeftes. Dan wordt zelfactualisatie een voorwaarde voor een gezonde gemeenschap.

De onder- en bovenkant zijn een soort spiegelbeeld van elkaar. De onderkant toont hoe behoeften vanuit een individueel psychologisch kader benaderd kunnen worden, en de bovenkant toont hoe we dit vanuit een sociaal-maatschappelijk kader kunnen benaderen.

In de projectie van het sociale op het individuele (en vice versa) zouden we:

  1. Culturele duurzaamheid of stabiliteit kunnen begrijpen als de wetgeving en democratische staatsinrichting waarin onze culturele normen en waarden zijn vastgelegd. Met andere woorden, de verzorgingsstaat die de bestaansrechten aan de onderkant van de piramide zou moeten garanderen. Of, in het geval van een stam, de culturele duurzaamheid zorgt voor vruchtbaar land, voedsel, onderdak en fysieke veiligheid.
  2. De gemeenschapsactualisatie is gespiegeld in ons individuele behoeftes voor behoren, liefde en zelfvertrouwen. Intieme sociale behoeftes die niet zonder vrienden en familie te realiseren zijn. Hetzelfde geldt voor waardering en respect, deze kan alleen gegeven worden door de gemeenschap.
  3. In de onderste piramide is zelfactualisatie gestoeld op de fysieke behoeftes waar de cultuur voor zorgt, en de sociaal-emotionele behoeftes waarin de gemeenschap voorziet. In de bovenste piramide zorgen gezonde zelfgeactualiseerde individuen voor een gezonde gemeenschap, die weer tot culturele duurzaamheid leidt.

Dit is uiteraard slechts een schema, een denkmodel over hoe een samenleving zou kunnen werken. Geen representatie van hoe het echt is. Toch kan dit denkmodel misschien ook laten zien wat waar er tussen persoonlijke en maatschappelijke behoeftebevrediging wrijving is, en hoe dit ander, of beter, georganiseerd zou kunnen worden.

  1.  De moderniteit is een cultuur van instabiliteit. Verandering, groei en vloeibaarheid typeren onze cultuur. Mensen zijn mobiel en verhuizen tijdens hun levensloop, gemeenschappen zijn versnipperd en verspreid. Daarnaast is de gemeenschap op een abstracte en institutionele manier georganiseerd, waardoor we weinig eigenaarschap of deelnemerschap voelen bij de gemeenschappen (natiestaat en gemeente) waar we in feite onderdeel van zijn.
  2. De gemeenschap waar we ons echt thuis bij voelen zijn vaak onze vrienden, familie en gezin. Een informele privéwereld die los staat van de publieke gemeenschap of ons burgerschap. Maar kleinere tussenschalen, of wat we in een eerdere editie ‘mini-publics’ noemden, zoals burgerraden, kunnen manieren zijn om de gemeenschapszin te verbinden aan de cultuur en zo normen en waarden gestalte geven.
  3. Nu is zelfactualisatie verworden tot een soort privéaangelegenheid, en wordt her niet als voorwaarde voor een gezonde samenleving en cultuur gezien. Vooralsnog toekomstmuziek, maar een wereld waarin de Homo Romanticus het dominante culturele archetype is en er zoiets als een universeel basisinkomen zou zijn, zou wellicht van zelfactualisatie een voorwaarde voor een gezonde overvloedssamenleving kunnen maken.

Tot zover onze gedachten hierover. We horen graag wat jullie denken.

Fijn weekend!

❤️ Edwin & Christiaan

Onze dossiers